Anonymous
13-10-2004, 14:19
Het gevecht
Op uitnodiging van Heleen van Rooyen bevond ik me Zondagavond in gezelschap van mijn zoon te Rotterdam, in de Ahoy-hal, om een paar live op SBS uit te zenden bokspartijen tussen bekende Nederlanders bij te wonen. Speciaal voor de gelegenheid had ik mijn Sopranos-jas aangetrokken, een stemmig maar smakeloos geval.
Ik droeg een zonnebril, net als Lieuwe, die z'n Bulls-jasje aan had. Ik rookte een grote sigaar.
De eerste partij ging tussen Ratelband, Le grand Emile, die zich voor de gelegenheid "Rattlesnake" noemde, en zanger Dries Roelvink, 'voor al Uw feesten en partijen'. Ratelband weerde zich kranig, maar werd weggetikt, helaas, hoewel wij bewondering mogen hebben voor iemand die op z'n zevenenvijftigste nog zo door de ring gaat. Toen de boksers aan elkaar werden voorgesteld, had Emile ter intimidatie een spiegeltje bij zich dat 'ie voor het gezicht van zijn opponent hield: "Kijk jij maar 'ns goed in de spiegel...", sprak Rattlesnake dreigend. Onze gratis verkregen kaartjes kostten officieel 150 Euro per stuk; de skyboxen rondom waren dan ook gevuld met de heffe des volks, of, onvriendelijker gezegd, penose. Toen de familie Tokki binnen kwam ging er een schok van herkenning door de zaal en het luidste gejuich betrof telkens weer dit geslacht van aso's die door het scherm tot onsterfelijkheid zijn geroepen.
TV-presentator Ton van Rooyen was wel heel erg steen des aanstoots voor het gepeupel; ik geloof niet dat ik iemand een avond lang zo luid heb horen uitfluiten . Na afloop was de presentator aangeslagen en moest worden getroost door zijn echtgenote. Ik vond Ton daarom niet kinderachtig, want zoveel samengebalde haat hoor je niet vaak. Er werd trouwens meer gevochten in de zaal dan in de ring en keer op keer zag je de opgewekte Neanderthalers van de bewakingsdienst vechtenden scheidden. Naast me zat Rudy Koopmans, niet te verwarren met Rudy Lubbers, die een veel tragischer leven heeft geleid. Koopmans vond ik aardig, vooral toen 'ie met een brede glimlach tegen me zei: "Volgende keer ga jij met Paul de Leeuw, dan train ik jou." De hel kent vele verschijningsvormen; ik zag het voor me, weggetikt worden door iemand die niet rookt.
Voor de camera verklaarde ik al paffend hier te zijn gekomen voor 'De Gelukkige Huisvrouw' die mijns inziens haar tegenstrever - een mij onbekende presentatrice - 'in de derde ronde knock out' zou slaan. Heleen kwam huppelend op, op de klanken van "Staying Alive" geloof ik. Ze sloeg fanatiek, maar was geen partij, want haar vuisten maaiden vooral door de lucht. Koopmans vertelde dat niets zo mooi is als boksen en keek met heimwee op zijn loopbaan terug. Hij vertelde hoe een Italiaanse juryvoorzitter hier in hetzelfde Ahoy hem eens de overwinning had ontstolen door de volgende dag doodleuk te verklaren dat de punten verkeerd waren geteld zodat Koopmans' opponent, een Italiaan natuurlijk, alsnog de titel greep. Hij vertelde dat boksen dood is in Nederland omdat de sport vooral beoefend wordt door Surinamers en Marokkanen. 'En daar komt geen Nederlander voor kijken'. Boksen in Nederland wordt alleen nog wat volgens Koopmans, als er een Nederlandse bokser opstaat die over techniek en een K. O. beschikt.
Mijn zoon genoot inmiddels meer van de echte partijen, tussen een dame en een heer, en tussen twee free-fighters, waarvan de een de ander plat had na dertig seconden. Ik vroeg me af of de heer een erectie kreeg toen de dame hem omstrengeld hield met haar dijen. Het geteisem in de sky-boxen vermaakte zich intussen met kreeft en champagne, als decadenten die hun afkomst met alle geld van de wereld maar niet konden wegdrinken. Ik bewonderde intussen de gouden kettingen van Mevrouw Hoes, de nieuwe geliefde van Ratelband.
Ook raakte ik in druk gesprek met ene dame die ik hier de hinde van Suriname zal noemen, een schoonheid wier ronde vormen mij aanspraken maar die zelf klaagde over haar scheiding en bijbehorende ellende, die haar drieëntwintig kilo extra hadden opgeleverd. Ik vertelde haar dat ze sexy was en vrouwelijk en wierp een steelse blik op haar romige armen. Blijkbaar hadden de TV-camera's mij in het oog, want prompt kwam er een SMS'je binnen van haar ex, die haar als 'een kuthoer' omschreef, 'met al je' vriendjes' en: "Zeik niet langer aan m'n kop over alimentatie." Ik had haar wel in m'n armen willen nemen om haar te troosten, maar naast me zat m'n zoon en ginds stonden de camera's. Van Rooyen zei na het verloren gevecht: "Verliezen is óók heel leuk hoor!" Haar sportiviteit vond weinig weerklank in de steeds kolkender zaal, waar het volk van Rome 't liefst christenen zag verscheurd. Victor Reinier uit "Baantjer" moest 't opnemen tegen Hugo Metsers de Derde, die vooraf een grote mond had: "Ik verpletter hem." Niets was minder waar. Reinier bleef slaan en sloeg de grote mond tegenover hem in de eerste ronde al een bloedneus.
Metsers III schold en wilde doorvechten toen de scheidsrechter ingreep en de partij voor hem verloren verklaarde. Ook na afloop overheerste bitterheid bij de verslagene. Alle Bekende Nederlanders kregen zeveneneenhalfduizend Euro de man, een schijntje voor de vele weken training en het afzien vooraf. Maar hoe zoet smaakte niet de overwinning en hoe opgelucht waren allen dat het gedoe voorbij was. Het was net echt, maar niet heus. En toch had ik bewondering voor de dames en heren, die iets deden waar ik niet gek genoeg voor ben. Ik bleef me verdiepen in mijn buurvrouw en liet haar naar de ex SMS'en: "Theo zegt, denk ook 'ns aan de kinderen." Begeerte had mij aangeraakt en met de plechtige woorden: "Ik zou jou zó gelukkig kunnen maken", verliet ik het pand.
Mijn zoon en ik hadden een geweldige avond. Na afloop werd er buiten nog geschoten, maar dat schijnt routine te zijn bij dit soort gelegenheden. Dankzij het afschaffen van het onderwijs is de onderklasse van Nederland een cliché van de meute geworden, angstaanjagend, dom en vijandig. Ik had weer veel opgestoken.
Theo van Gogh
Op uitnodiging van Heleen van Rooyen bevond ik me Zondagavond in gezelschap van mijn zoon te Rotterdam, in de Ahoy-hal, om een paar live op SBS uit te zenden bokspartijen tussen bekende Nederlanders bij te wonen. Speciaal voor de gelegenheid had ik mijn Sopranos-jas aangetrokken, een stemmig maar smakeloos geval.
Ik droeg een zonnebril, net als Lieuwe, die z'n Bulls-jasje aan had. Ik rookte een grote sigaar.
De eerste partij ging tussen Ratelband, Le grand Emile, die zich voor de gelegenheid "Rattlesnake" noemde, en zanger Dries Roelvink, 'voor al Uw feesten en partijen'. Ratelband weerde zich kranig, maar werd weggetikt, helaas, hoewel wij bewondering mogen hebben voor iemand die op z'n zevenenvijftigste nog zo door de ring gaat. Toen de boksers aan elkaar werden voorgesteld, had Emile ter intimidatie een spiegeltje bij zich dat 'ie voor het gezicht van zijn opponent hield: "Kijk jij maar 'ns goed in de spiegel...", sprak Rattlesnake dreigend. Onze gratis verkregen kaartjes kostten officieel 150 Euro per stuk; de skyboxen rondom waren dan ook gevuld met de heffe des volks, of, onvriendelijker gezegd, penose. Toen de familie Tokki binnen kwam ging er een schok van herkenning door de zaal en het luidste gejuich betrof telkens weer dit geslacht van aso's die door het scherm tot onsterfelijkheid zijn geroepen.
TV-presentator Ton van Rooyen was wel heel erg steen des aanstoots voor het gepeupel; ik geloof niet dat ik iemand een avond lang zo luid heb horen uitfluiten . Na afloop was de presentator aangeslagen en moest worden getroost door zijn echtgenote. Ik vond Ton daarom niet kinderachtig, want zoveel samengebalde haat hoor je niet vaak. Er werd trouwens meer gevochten in de zaal dan in de ring en keer op keer zag je de opgewekte Neanderthalers van de bewakingsdienst vechtenden scheidden. Naast me zat Rudy Koopmans, niet te verwarren met Rudy Lubbers, die een veel tragischer leven heeft geleid. Koopmans vond ik aardig, vooral toen 'ie met een brede glimlach tegen me zei: "Volgende keer ga jij met Paul de Leeuw, dan train ik jou." De hel kent vele verschijningsvormen; ik zag het voor me, weggetikt worden door iemand die niet rookt.
Voor de camera verklaarde ik al paffend hier te zijn gekomen voor 'De Gelukkige Huisvrouw' die mijns inziens haar tegenstrever - een mij onbekende presentatrice - 'in de derde ronde knock out' zou slaan. Heleen kwam huppelend op, op de klanken van "Staying Alive" geloof ik. Ze sloeg fanatiek, maar was geen partij, want haar vuisten maaiden vooral door de lucht. Koopmans vertelde dat niets zo mooi is als boksen en keek met heimwee op zijn loopbaan terug. Hij vertelde hoe een Italiaanse juryvoorzitter hier in hetzelfde Ahoy hem eens de overwinning had ontstolen door de volgende dag doodleuk te verklaren dat de punten verkeerd waren geteld zodat Koopmans' opponent, een Italiaan natuurlijk, alsnog de titel greep. Hij vertelde dat boksen dood is in Nederland omdat de sport vooral beoefend wordt door Surinamers en Marokkanen. 'En daar komt geen Nederlander voor kijken'. Boksen in Nederland wordt alleen nog wat volgens Koopmans, als er een Nederlandse bokser opstaat die over techniek en een K. O. beschikt.
Mijn zoon genoot inmiddels meer van de echte partijen, tussen een dame en een heer, en tussen twee free-fighters, waarvan de een de ander plat had na dertig seconden. Ik vroeg me af of de heer een erectie kreeg toen de dame hem omstrengeld hield met haar dijen. Het geteisem in de sky-boxen vermaakte zich intussen met kreeft en champagne, als decadenten die hun afkomst met alle geld van de wereld maar niet konden wegdrinken. Ik bewonderde intussen de gouden kettingen van Mevrouw Hoes, de nieuwe geliefde van Ratelband.
Ook raakte ik in druk gesprek met ene dame die ik hier de hinde van Suriname zal noemen, een schoonheid wier ronde vormen mij aanspraken maar die zelf klaagde over haar scheiding en bijbehorende ellende, die haar drieëntwintig kilo extra hadden opgeleverd. Ik vertelde haar dat ze sexy was en vrouwelijk en wierp een steelse blik op haar romige armen. Blijkbaar hadden de TV-camera's mij in het oog, want prompt kwam er een SMS'je binnen van haar ex, die haar als 'een kuthoer' omschreef, 'met al je' vriendjes' en: "Zeik niet langer aan m'n kop over alimentatie." Ik had haar wel in m'n armen willen nemen om haar te troosten, maar naast me zat m'n zoon en ginds stonden de camera's. Van Rooyen zei na het verloren gevecht: "Verliezen is óók heel leuk hoor!" Haar sportiviteit vond weinig weerklank in de steeds kolkender zaal, waar het volk van Rome 't liefst christenen zag verscheurd. Victor Reinier uit "Baantjer" moest 't opnemen tegen Hugo Metsers de Derde, die vooraf een grote mond had: "Ik verpletter hem." Niets was minder waar. Reinier bleef slaan en sloeg de grote mond tegenover hem in de eerste ronde al een bloedneus.
Metsers III schold en wilde doorvechten toen de scheidsrechter ingreep en de partij voor hem verloren verklaarde. Ook na afloop overheerste bitterheid bij de verslagene. Alle Bekende Nederlanders kregen zeveneneenhalfduizend Euro de man, een schijntje voor de vele weken training en het afzien vooraf. Maar hoe zoet smaakte niet de overwinning en hoe opgelucht waren allen dat het gedoe voorbij was. Het was net echt, maar niet heus. En toch had ik bewondering voor de dames en heren, die iets deden waar ik niet gek genoeg voor ben. Ik bleef me verdiepen in mijn buurvrouw en liet haar naar de ex SMS'en: "Theo zegt, denk ook 'ns aan de kinderen." Begeerte had mij aangeraakt en met de plechtige woorden: "Ik zou jou zó gelukkig kunnen maken", verliet ik het pand.
Mijn zoon en ik hadden een geweldige avond. Na afloop werd er buiten nog geschoten, maar dat schijnt routine te zijn bij dit soort gelegenheden. Dankzij het afschaffen van het onderwijs is de onderklasse van Nederland een cliché van de meute geworden, angstaanjagend, dom en vijandig. Ik had weer veel opgestoken.
Theo van Gogh