Guru
22-09-2005, 22:39
Gevonden via www.dutchdisease.com/phpBB2/viewtopic.php?t=2498 :
Uit de oude doos, om precies te zijn uit de Telegraaf van zaterdag 31 maart 1990.
“Wij hebben het hier zelf verziekt.�
Bijval uit onverdachte hoek voor premier Lubbers met zijn kritiek op het minderhedenbeleid. “Turken, Marokkanen en andere allochtonen worden door de Nederlandse overheid inderdáád in de watten gelegd,� zegt Ibrahim Görmez (50). Al 26 jaar is hij de woordvoerder van de Turken in ons land. Hij roept nu: “Weg met het miljoenen verslindende minderhedenbeleid! Waarom moet de buitenlander in Nederland een voorkeursbehandeling krijgen? Dat is geen minderhedenbeleid, maar voorkeursbeleid, dat is omgekeerde discriminatie! Daarmee wekken wij irritatie op. Met ons onaangepaste gedrag jagen wij zelf de Nederlanders in de armen van Janmaat.�
Ibrahim is bang dat de boel uit de hand loopt, omdat onhebbelijkheden van buitenlanders niet meer bij de naam genoemd mogen worden – uit angst voor discriminatie.
“Die hele golf nieuwe aanhangers van Janmaat, dat zijn helemaal geen fascisten. Welnee, dat zijn Nederlanders die zich zeer terecht boos maken over wangedrag door buitenlanders, maar die zich op geen enkele andere manier meer kunnen uiten, omdat ze anders van discriminatie worden beschuldigd. Die stemmen stilletjes op Janmaat, daarmee geven zij lucht aan hun opgeklopte frustraties.�
Ibrahim Görmez, tien jaar lang voorzitter van de door hemzelf opgerichte grootste Turkse club in ons land, de Federatie van Turkse Islamitische Culturele Verenigingen, directeur ook van de Islamitische Omroep Stichting, heeft een Turkse krant meegebracht. Legt het kleurrijke exemplaar van deze ‘Hürriyet’ voor mij op tafel en zegt dan: “Als ik alleen het wóórd discriminatie al hoor uit de mond van een Turk of een Marokkaan, dan vliegen bij mij alle haren overeind. Er bestaat in Nederland helemaal geen discriminatie! Nederlanders zijn bij uitstek fijnzinnige, gevoelige en behulpzame mensen, die open staan voor een ander.�
“Laten we hier nu voor eens en voor altijd vaststellen dat Nederland vele malen toleranter is dan Turkije of Marokko. Weet u wat hier bovenaan deze Turkse krant staat? Elke dag staat het daar, in de grootste krant van Turkije: Türkye Türklerindir! Dat betekent: Turkije voor de Turken! Ik zie ’t al dat de Telegraaf bovenaan de kop van de krant schrijft: Nederland voor de Nederlanders! Ik denk dat heel Nederland op z’n kop zou staan.�
“Kijk, ik bedoel dit: Hoe zouden de Turken in Turkije of de Marokkanen in Marokko reageren als daar een grote groep Nederlanders kwam leven volgens hun eigen culturele normen? Ik denk, nee, ik weet wel zeker dat koning Hassan daar heel snel een eind aan zou maken om een volksopstand te voorkomen. Maar in Nederland krijgen wij alle medewerking. We hebben hier de afgelopen twintig jaar met steun van de overheid en de bevolking driehonderd moskeeën kunnen openen, op alle mogelijke manieren kunnen we hier leven volgens onze eigen culturele identiteit: er is een islamitische omroep, islamitische scholen, noem maar op. Dat hebben we zeker aan die vreselijke discriminatie door de Nederlanders te danken...�
“Wat ik denk, zal ik je nu eens heel eerlijk zeggen: al die verhalen over discriminatie worden telkens weer opnieuw gelanceerd door mensen die hun dikbetaalde baan verliezen als ze dat niet meer roepen. Dat zijn organisaties van minderheden, beleidsmedewerkers die doodongelukkig zouden zijn als ze niet nog eens iemand ergens van discriminatie konden betichten, want dan was het afgelopen met hun subsidie. Mijn advies aan de regering is: stop met dat minderhedenbeleid. Wie is er nou minderheid in Nederland? Communisten? PVDA-lerden? Joden? Niet-rokers? Liberalen? Gokverslaafden? Zeehondenredders? Kettingrokers? Waarom alleen minderhedenbeleid voor buitenlanders? Ik ben al járen tegen dat beleid om speciaal buitenlanders in de watten te leggen. Waarom voor al die minderheden geen speciaal beleid? Waarom alleen voor Turken en Marokkanen? Dat wekt wrevel. Mijn advies aan de regering is één beleid., voor iedereen gelijk. Kijk niet naar afkomst of religie.�
Ibrahim Görmez heeft om dit gesprek gevraagd. Hij heeft grote moeite met zijn eigen landgenoten hier, die vinden dat hij niet genoeg in de pas loopt met de ‘softe’ beleidsmakers.
“Als we doorgaan speciaal buitenlanders in de watten te leggen, wordt ’t nog véél erger met die Janmaat,� zegt Ibrahim. “Dan wordt Janmaat ook radicaler. Niet omdat hij discrimineert, maar omdat hij wòrdt gediscrimineerd. Daar leeft in Nederland onderhuis heel veel irritatie over. Kijk maar naar de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen, vorige week. Niemand kan in dat stemhokje meekijken: het is de enige manier van de Nederlander om lucht te geven aan zijn frustraties zonder van discriminatie te kunnen worden beticht.�
Görmez heeft met de Nederlanders te doen die ontheemd raken in eigen land. De Nederlanders worden volgens hem in een hoek gedreven waar ze zich in elk geval niet thuis voelen.
“Niemand durft buitenlanders nu nog op hun fouten te wijzen. Fouten te over. Dikwijls grote fouten. Dat moet toch gewoon gezegd kunnen worden, in elk geval bespreekbaar zijn – zonder voorbehoud. Vooral op het punt van de aanpassing aan de Nederlandse samenleving worden grote blunders begaan. Te vaak denken Turken en Marokkanen dat Nederlanders zich aan hen moeten aanpassen, ze willen hier precies zo leven als in Turkije of in Marokko. Tegen de buitenlanders die dat willen zeg ik altijd: dan had je beter in je eigen land kunnen blijven. Het is een steeds terugkerende botsing, die ook te maken heeft met het feit dat buitenlanders hier in de watten worden gelegd. Ik zeg: We zijn hier in Nederland, hier gelden Nederlandse normen.
Totdat de islamitische buitenlanders hier in grote aantallen kwamen, had in Nederland nog nooit iemand van hasjiesj gehoord. Ook de Ramadan kende men in Nederland niet. En nu? Ik zeg het zo dikwijls tegen mijn landgenoten: als je nu als Nederlander om de haverklap met drugs wordt lastig gevallen door buitenlanders, wanneer je als Nederlander met nachtelijk burenlawaai in de Ramadan, maar ook zelfs buiten die vastenmaand, overlast hebt en tenslotte uit je huis wordt gepest – waar stem je dan op? Ik zou zelf ook op Janmaat stemmen!�
“Wij buitenlanders hebben veel verziekt in Nederland. Ik zie ’t zelf bijna dagelijks. Hoe buitenlanders hun rotzooi op straat gooien, bijvoorbeeld. Zijn ze nog gewend uit Turkije. Maar Nederlanders, als je tenminste bereid bent je even in de Nederlandse mentaliteit te verdiepen, zijn erg gesteld op het milieu. Daar moet je dan rekening mee houden. Nee hoor, we gooien alles op straat. Turken en Marokkanen repareren hun auto’s pal voor de deur en laten de afgewerkte motorolie liefst zó op straat lopen. De Nederlandse buren mogen niks zeggen, want dan worden ze gelijk beschuldigd van discriminatie. De Nederlanders durven zich niet meer te uiten. Wij allochtonen, wij geven Janmaat alle kans. Omdat wij weigeren te zien hoe wij er zelf oorzaak van zijn dat de Nederlanders zich tegen ons keren. Dat wordt mede mogelijk door dat ‘idiote’ minderhedenbeleid. De arrogantie die daaruit voortkomt: wij buitenlanders menen de wijsheid in pacht te hebben, op alle gebied. We roepen eenvoudigweg tegen Janmaat: discriminatie! We draaien in een cirkel rond. Maar ik voorzie grote problemen als wij zo doorgaan.
Görmez vindt dat het maar eens gezegd moet worden. Hoogste tijd dat wij islamitische groeperingen de hand eens in eigen boezem steken.�
Uit de oude doos, om precies te zijn uit de Telegraaf van zaterdag 31 maart 1990.
“Wij hebben het hier zelf verziekt.�
Bijval uit onverdachte hoek voor premier Lubbers met zijn kritiek op het minderhedenbeleid. “Turken, Marokkanen en andere allochtonen worden door de Nederlandse overheid inderdáád in de watten gelegd,� zegt Ibrahim Görmez (50). Al 26 jaar is hij de woordvoerder van de Turken in ons land. Hij roept nu: “Weg met het miljoenen verslindende minderhedenbeleid! Waarom moet de buitenlander in Nederland een voorkeursbehandeling krijgen? Dat is geen minderhedenbeleid, maar voorkeursbeleid, dat is omgekeerde discriminatie! Daarmee wekken wij irritatie op. Met ons onaangepaste gedrag jagen wij zelf de Nederlanders in de armen van Janmaat.�
Ibrahim is bang dat de boel uit de hand loopt, omdat onhebbelijkheden van buitenlanders niet meer bij de naam genoemd mogen worden – uit angst voor discriminatie.
“Die hele golf nieuwe aanhangers van Janmaat, dat zijn helemaal geen fascisten. Welnee, dat zijn Nederlanders die zich zeer terecht boos maken over wangedrag door buitenlanders, maar die zich op geen enkele andere manier meer kunnen uiten, omdat ze anders van discriminatie worden beschuldigd. Die stemmen stilletjes op Janmaat, daarmee geven zij lucht aan hun opgeklopte frustraties.�
Ibrahim Görmez, tien jaar lang voorzitter van de door hemzelf opgerichte grootste Turkse club in ons land, de Federatie van Turkse Islamitische Culturele Verenigingen, directeur ook van de Islamitische Omroep Stichting, heeft een Turkse krant meegebracht. Legt het kleurrijke exemplaar van deze ‘Hürriyet’ voor mij op tafel en zegt dan: “Als ik alleen het wóórd discriminatie al hoor uit de mond van een Turk of een Marokkaan, dan vliegen bij mij alle haren overeind. Er bestaat in Nederland helemaal geen discriminatie! Nederlanders zijn bij uitstek fijnzinnige, gevoelige en behulpzame mensen, die open staan voor een ander.�
“Laten we hier nu voor eens en voor altijd vaststellen dat Nederland vele malen toleranter is dan Turkije of Marokko. Weet u wat hier bovenaan deze Turkse krant staat? Elke dag staat het daar, in de grootste krant van Turkije: Türkye Türklerindir! Dat betekent: Turkije voor de Turken! Ik zie ’t al dat de Telegraaf bovenaan de kop van de krant schrijft: Nederland voor de Nederlanders! Ik denk dat heel Nederland op z’n kop zou staan.�
“Kijk, ik bedoel dit: Hoe zouden de Turken in Turkije of de Marokkanen in Marokko reageren als daar een grote groep Nederlanders kwam leven volgens hun eigen culturele normen? Ik denk, nee, ik weet wel zeker dat koning Hassan daar heel snel een eind aan zou maken om een volksopstand te voorkomen. Maar in Nederland krijgen wij alle medewerking. We hebben hier de afgelopen twintig jaar met steun van de overheid en de bevolking driehonderd moskeeën kunnen openen, op alle mogelijke manieren kunnen we hier leven volgens onze eigen culturele identiteit: er is een islamitische omroep, islamitische scholen, noem maar op. Dat hebben we zeker aan die vreselijke discriminatie door de Nederlanders te danken...�
“Wat ik denk, zal ik je nu eens heel eerlijk zeggen: al die verhalen over discriminatie worden telkens weer opnieuw gelanceerd door mensen die hun dikbetaalde baan verliezen als ze dat niet meer roepen. Dat zijn organisaties van minderheden, beleidsmedewerkers die doodongelukkig zouden zijn als ze niet nog eens iemand ergens van discriminatie konden betichten, want dan was het afgelopen met hun subsidie. Mijn advies aan de regering is: stop met dat minderhedenbeleid. Wie is er nou minderheid in Nederland? Communisten? PVDA-lerden? Joden? Niet-rokers? Liberalen? Gokverslaafden? Zeehondenredders? Kettingrokers? Waarom alleen minderhedenbeleid voor buitenlanders? Ik ben al járen tegen dat beleid om speciaal buitenlanders in de watten te leggen. Waarom voor al die minderheden geen speciaal beleid? Waarom alleen voor Turken en Marokkanen? Dat wekt wrevel. Mijn advies aan de regering is één beleid., voor iedereen gelijk. Kijk niet naar afkomst of religie.�
Ibrahim Görmez heeft om dit gesprek gevraagd. Hij heeft grote moeite met zijn eigen landgenoten hier, die vinden dat hij niet genoeg in de pas loopt met de ‘softe’ beleidsmakers.
“Als we doorgaan speciaal buitenlanders in de watten te leggen, wordt ’t nog véél erger met die Janmaat,� zegt Ibrahim. “Dan wordt Janmaat ook radicaler. Niet omdat hij discrimineert, maar omdat hij wòrdt gediscrimineerd. Daar leeft in Nederland onderhuis heel veel irritatie over. Kijk maar naar de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen, vorige week. Niemand kan in dat stemhokje meekijken: het is de enige manier van de Nederlander om lucht te geven aan zijn frustraties zonder van discriminatie te kunnen worden beticht.�
Görmez heeft met de Nederlanders te doen die ontheemd raken in eigen land. De Nederlanders worden volgens hem in een hoek gedreven waar ze zich in elk geval niet thuis voelen.
“Niemand durft buitenlanders nu nog op hun fouten te wijzen. Fouten te over. Dikwijls grote fouten. Dat moet toch gewoon gezegd kunnen worden, in elk geval bespreekbaar zijn – zonder voorbehoud. Vooral op het punt van de aanpassing aan de Nederlandse samenleving worden grote blunders begaan. Te vaak denken Turken en Marokkanen dat Nederlanders zich aan hen moeten aanpassen, ze willen hier precies zo leven als in Turkije of in Marokko. Tegen de buitenlanders die dat willen zeg ik altijd: dan had je beter in je eigen land kunnen blijven. Het is een steeds terugkerende botsing, die ook te maken heeft met het feit dat buitenlanders hier in de watten worden gelegd. Ik zeg: We zijn hier in Nederland, hier gelden Nederlandse normen.
Totdat de islamitische buitenlanders hier in grote aantallen kwamen, had in Nederland nog nooit iemand van hasjiesj gehoord. Ook de Ramadan kende men in Nederland niet. En nu? Ik zeg het zo dikwijls tegen mijn landgenoten: als je nu als Nederlander om de haverklap met drugs wordt lastig gevallen door buitenlanders, wanneer je als Nederlander met nachtelijk burenlawaai in de Ramadan, maar ook zelfs buiten die vastenmaand, overlast hebt en tenslotte uit je huis wordt gepest – waar stem je dan op? Ik zou zelf ook op Janmaat stemmen!�
“Wij buitenlanders hebben veel verziekt in Nederland. Ik zie ’t zelf bijna dagelijks. Hoe buitenlanders hun rotzooi op straat gooien, bijvoorbeeld. Zijn ze nog gewend uit Turkije. Maar Nederlanders, als je tenminste bereid bent je even in de Nederlandse mentaliteit te verdiepen, zijn erg gesteld op het milieu. Daar moet je dan rekening mee houden. Nee hoor, we gooien alles op straat. Turken en Marokkanen repareren hun auto’s pal voor de deur en laten de afgewerkte motorolie liefst zó op straat lopen. De Nederlandse buren mogen niks zeggen, want dan worden ze gelijk beschuldigd van discriminatie. De Nederlanders durven zich niet meer te uiten. Wij allochtonen, wij geven Janmaat alle kans. Omdat wij weigeren te zien hoe wij er zelf oorzaak van zijn dat de Nederlanders zich tegen ons keren. Dat wordt mede mogelijk door dat ‘idiote’ minderhedenbeleid. De arrogantie die daaruit voortkomt: wij buitenlanders menen de wijsheid in pacht te hebben, op alle gebied. We roepen eenvoudigweg tegen Janmaat: discriminatie! We draaien in een cirkel rond. Maar ik voorzie grote problemen als wij zo doorgaan.
Görmez vindt dat het maar eens gezegd moet worden. Hoogste tijd dat wij islamitische groeperingen de hand eens in eigen boezem steken.�