PDA

View Full Version : botvliesontsteking????



TommySoprano
07-02-2005, 15:04
Wie weet wat ik t beste kan doen om zo snel mogelijk van mijn botvliesontsteking(mn linker onderbeen) af te komen???? :cry: :cry:

Octavius
07-02-2005, 17:36
Rusten, stretching, en koelen. LOCO kan hier uitgebreid op in gaan.

Anonymous
07-02-2005, 18:03
ik wist niet een dat botten en vlies hebben :!:

mama
07-02-2005, 20:38
denk dat je op LOCO nog ff moet wachten.
hij is aan het carnavallen
;)

Ronny
07-02-2005, 20:49
naar de dokter gaan...botvlies onsteking kan grote gevolgen hebben!

ashi76
07-02-2005, 23:47
Ik heb er vroeger ook last van gehad (scheenbeenvliesontsteking).
Volgens mijn fysio kwam dit door overbelasting... rust is dus de beste remedie.

TommySoprano
08-02-2005, 10:14
ik was met nieuwjaar gestopt met roken en ben vanaf toen bijna iedere dag gaan lopen in t bos! nu doet mn been vanaf vrijdag echt pijn, tis nu dinsdag en vandaag is t voor t eerst wat minder na inderdaad gerust te hebben en iedere dag een coldpack erop......ik had met mezelf afgesproken om dan vandaag(als t niet minder was)toch maar de dokter te bellen!maar gelukkig is t minder geworden eindelijk.
Dan nog maar even rust en dan ga ik eerst dezelfde hardlooproute wandelen en dan goed de tijd nemen voor warming up en cooling down :wink: en dan maar weer opnieuw opbouwen ....damnit het ging net zo lekker :thumbs:

Octavius
08-02-2005, 12:14
Niet doen. Je pijn is minder maar kan na 1x je rondje gedaan te hebben weer terug komen.

TommySoprano
08-02-2005, 12:47
ok maar wanneer weet ik dan of de pijn wegblijft? :(

mama
08-02-2005, 13:28
misschien ff naar een goede sportwinkel gaan en kijken naar een paar goede loop schoenen..........
zij kunnen je adviseren wat voor soort schoenen je moet hebben, voor welke ondergrond enz
daar kan het ook door komen dat je schoenen niet goed zijn

TommySoprano
08-02-2005, 13:31
jah ik zal es kijken ik had anders vorig jaar speciaal nieuwe gekocht(asics?), maar niet op zo n band gelopen misschien zijn ze wel helemaal niet goed?
nou jah ik kijk t even aan en ga met mn schoenen naar een zaak waar ze wel een loopband hebben :|
thnx voor replies en goede adviesen zijn natuurlijk welkom nog steeds :)

HUNTER
08-02-2005, 18:50
scheenbeenvliesontsteking was echt de nummer 1 blessure op de ALO. In 90 % van de gevallen kwam dit door overbelasting.

Hoe de meeste mensen er weer vanaf kwamen was veel stretchen, veel koelen en relatieve rust. Dus niet helemaal niets meer doen, maar erg rustig aan sporten. Zorgen de spieren in je onderbeen rustig de tijd krijgen om te herstellen voor je weer gaat sporten

Aaronk
08-02-2005, 18:53
amputeren overduidelijk

LOCO
10-02-2005, 00:12
ff snel...

Zoveel mogelijkheden, zoveel (of weinig) oplossingen. Afhankeljik van hoeveel en hoe lang je er al last van hebt gehad, en het soort ontsteking etc die je hebt zijn er een aantal oplossingen mogelijk, varierend van rust en fysio behandeling tot ontstekingsremmers, antibiotica, ingipsen en zelfs opereren. Dus allereerst maar naar je huisarts en van daaruit verder kijken.
Indien niet te extreem is (gelukkig meestal ;) ) dan combi van rust en (aangepaste) belasting en koelen na belasting. Zorgen voor geode belastingsomstandigheden (dus o.a. goede loopschoenen die bij je voet passen wat al aangegeven werd). Soms wil het apart trainen van je tibialis spier (een spier aan voorkant van je scheenbeen) nog wel eens helpen, daarvoor dus bij je fysio of zo langs. Dus naar je huisarts en van daaruit verder kijken zou ik zeggen.

Osu

LOCO

Anonymous
30-11-2005, 15:41
naar de dokter gaan...botvlies onsteking kan grote gevolgen hebben!

welke gevolgen dan zoal?

Anonymous
02-03-2006, 12:43
heej heeej

Ik heb een botvliesontsteking en nu na de carnaval doet hetopeens super veel zeer kan dat als je veel staat ensow?
weet iemand wat ik tegen de pijn kan doen?
is het verstandig weer na de dokter te gaan?

Paganstars
02-03-2006, 12:50
gewoon naar de dok gaan!

Anonymous
17-03-2006, 22:58
Een doosje ontstekingsremmers slikken :P 8-)

lil´kickboxer
23-03-2006, 21:41
Klinkt ook wel als shin splint:

Shin Splints
updated 6/13/03

Sooner or later almost all runners experience pain in the calf or shin. There are several types of overuse injuries that may develop in this region as a result of the repeated pounding from running. Shin splints, stress fractures, and chronic compartment syndrome have a common mechanism of development. Understanding the circumstances that lead to these injuries is the key to preventing them.

The overall recurring theme that leads to overuse running injuries is excess training with inadequate recovery. Excess and inadequate are relative terms and must be judged against one’s usual training routine. The more that excess and inadequate deviate from the usual training routine the less time it takes for an overuse injury to develop. Keeping this theme in mind one can now examine the specifics for how shin splints develop.

A simplified view of the mechanics of running shows a foot-strike, then a loading/energy transfer phase, and finally a push off (“toe-off�) with the forefoot. Each foot-strike delivers a shockwave that travels up the leg. This energy must be absorbed by the musculoskeletal system. The harder the running surface the greater the shockwave. Soft grass, smooth dirt, asphalt, and concrete represent, in order of increasing “hardness�, the usual spectrum of commonly encountered running surfaces. Concrete is very hard on the body and training on this surface should be avoided.

Distance running shoes are specifically designed to provide padding and support for the biomechanics of endurance running. They help absorb shock and facilitate efficient energy (motion) transfer. Matching the type of running shoe to the athlete’s specific biomechanics, and proper shoe fit are important. Similarly, worn out shoes should be replaced early because of reduced shock absorbing capacity. Runners with high rigid arches tend to experience greater pounding shock, whereas those with flat feet tend to experience greater fatigue of the muscles that support the foot -- and push-off. Both tend to develop shin splints


The term shin splints refers to a painful condition that develops along the inside (medial edge) of the shin (tibia). The usual location is along the lower half of the tibia, anywhere from a few inches above the ankle to about half-way up the shin. The repeated running cycle of pounding and push off results in muscle fatigue, which may then lead to higher forces being applied to the fascia, the attachment of fascia to bone, and finally the bone itself. Respectively, this represents a spectrum from mild to severe. On the relatively more severe end of the scale the injury may progress from stress reaction within the bone to an actual stress fracture.

In the early stage of shin splints a runner will describe a pain that is present when the training run first begins, but then disappears as running continues. The pain will often return after exercise or the following morning. As the injury progresses the athlete will experience more time with the pain, and less time without it. There is frequently a tender zone along the medial edge of the tibia that one can map out by pressing with the fingertips as they “march up� along the bone. Eventually, if ignored and training continued, the pain may become quite sharp and may focus on a very small area of the bone. If this happens a stress fracture should be considered.

The treatment for shin splints is rest. Depending upon severity it is often necessary to completely stop running for a period of time. Generally this is done until day-to-day activities are pain free. When running is resumed – and this is where many injured runners make a mistake – it must be significantly different from the routine that lead to the injury. The concept of relative rest employs lengthening the interval between training as well as decreasing the volume and intensity of training. One can often substitute cross-training activities (e.g., bicycling) for running to help increase the interval between running days. There should be a graded and gradual increase in run training, keeping an eye out for the return of any shin splint symptoms.

Stretching and strengthening the calf muscles can help prevent the injury from returning. However the most important preventive strategy is not to repeat the mistakes that lead to the injury. Examine all the training variables – surface, shoes, training volume, intensity, workout type, hills, weather conditions, etc. Seek help from a qualified trainer or coach. This all takes time and effort, but it is well worth it.

http://www.rice.edu/~jenky/sports/shin.html

lil´kickboxer
23-03-2006, 21:43
SCHEENBEENKLACHTEN terug


Overbelastingsverschijnselen aan de binnenzijde van het onderbeen komen met name bij hardlopen veel voor. Men gebruikt er verschillende termen voor: shin splints, springschenen, beenvliesontsteking of periostitis. De pijn zit meestal in het onderste 1/3 gedeelte van het onderbeen langs de binnenrand van het scheenbeen (figuur).
Alle chronische letsels van het onderbeen hebben een herkenbaar gemeenschappelijk ontstaansmechanisme: de (versterkte) pronatie van de voet. Pronatie is de beweging naar binnen, die optreedt direct na de landing op de buitenzijde van de hak. Een geringe pronatie is normaal. Neiging tot versterkte pronatie moet worden afgeremd. De zwakste schakel in de keten vangt daarbij de klappen op. In dit geval de spieren, die voor het afremmen van de pronatie nodig zijn.
Er is bij scheenbeenklachten in feite sprake van chronische (over)belasting van een aantal spieren, waardoor in de aanhechting op het onderbeen haarscheurtjes optreden. Een pijnlijke zwelling met plaatselijke ontstekingsverschijnselen zijn het gevolg, waarbij rust in de acute fase een goede remedie is. Het nadeel van (langdurige) rust is, dat de kracht van de betrokken spieren afneemt. Voordat men de loopbelasting weer tot het oude niveau opvoert, moet de spierkracht op een alternatieve manier worden onderhouden of hersteld. Dat wordt nog wel eens vergeten, zodat de klachten prompt recidiveren.

Oorzaken van scheenbeenklachten

Te veel, te vaak en te snel hardlopen of springen met name aan het begin van het seizoen of na een blessure.
Extra baantraining, heuveltraining of sprongkrachttraining.
Lopen op harde ondergrond met loopschoenen, die onvoldoende schokdemping of steun geven (baantraining op spikes en wedstrijdschoenen).
Onvoldoende warming-up en te weinig aandacht voor rekkingsoefeningen van de kuitspieren.
Het ontbreken van een cooling-down en geen aandacht voor spierversterking van kuit- en voetspieren.
Doorlopen met beginnende lichte klachten, rust nemen en dan weer meteen volledig doortrainen.

Het vaststellen van de ernst

De klachten beginnen als spontane pijn aan de binnenzijde van het scheenbeen na (langdurige) trainingsbelasting, welke spontaan verdwijnt na enige uren rust (stadium 1). In een volgend stadium (2) kan de pijn tijdens de warming-up nog verminderen om op het einde van de training heftiger terug te komen. Vervolgens blijft de pijn tijdens en na trainingsbelasting bestaan en verdwijnt slecht na langdurige rust (stadium 3). In het vierde stadium is ook het prestatievermogen beperkt. Uiteindelijk verdwijnt de pijn in rust niet meer en moet de training worden gestaakt (stadium 5).

De eerste hulp bij sportongevallen

In de acute fase bestaat de behandeling uit het gebruik van ontstekingsremmers en ijspakkingen.

Behandelingsadvies

Rekkingsoefeningen voor de kuitspieren met gestrekte knie, maar met name ook met gebogen knie en met de voet in eversie (de buitenrand van de voet op een wig plaatsen).
Spierversterkende oefeningen voor kuit- en voetspieren, geleidelijk op te voeren tot kuitenwip (met de voorvoet staand op een traptrede op en neer bewegen) en calf raises (tenen op een plank zetten en op de tenen gaan staan met een halter in de nek en weer rustig terug laten zakken).
Coördinatieoefeningen op oefentol en oefenplank.
In de chronische fase kan het zinvol zijn dwarse fricties toe te passen op de pijnpunten, al dan niet met gebruik van curapuls of diadynamische stroom (fysiotherapie).
Toepassing van een "ontlastende" tapebandage en injectie van corticosteroiden is minder zinvol, aangezien daarmee de oorzaak niet wordt weggenomen, terwijl de (over)belasting doorgang vindt.

Trainingsadvies

Bij het hervatten van de training is een soepele mediale voetsteun nodig. Het kan zinvol zijn een (schokdempend) hielstuk te gebruiken, evenals een middenvoetsteun ter correctie van klauwtenen.
In een aantal gevallen is het nodig loopschoenen aan te schaffen, die er speciaal op zijn gemaakt om de pronatie af te remmen. Het is in ieder geval zinvol met de oude schoenen een speciaalzaak te bezoeken.

Genezing en volledig herstel

In plaats van looptraining zullen aanvankelijk zwemmen en fietsen een goed alternatief zijn. Meer specifiek voor de onderbenen kan worden getraind met watertraining (aquajoggen) en steptraining. In de opbouw naar een regelmatige en volledige loopbelasting is nog plaats voor loopscholing.
Aanvankelijk mag nog een geringe ochtendstijfheid als reactie optreden. Uiteindelijk moet weer volledig pijnvrij kunnen worden getraind.
Oefeningen vormen de basis voor herstel.
Regelmatige sportmassage kan zinvol zijn.
Vaktechnische informatie voor (para)medici

Het is zinvol 3 hoofdtypes van chronische klachten van het scheenbeen te onderscheiden, afhankelijk van welke structuur primair betrokken is (figuur):


type I het bot,
IA discrete stress-fractuur,
IB meer diffuse corticalisfractuur of periostreactie,

type II de periostale-fasciale overgang,
avulsie met bloedingen of ontstekingsreacties,

type III de spier(en) in de distale achterste loge,
chronisch logesyndroom,

type IV de pezen achter de mediale malleolus
peritendinitis.

Per definitie wordt onder de term shin splint verstaan de spontaan pijnlijke postero-mediale rand van de tibia in het onderste tweederde gedeelte op basis van een tenoperiostose van de aanhechting van de m. flexor digitorum longus en de m. tibialis posterior (Type IB en type II). Waarschijnlijk speelt in het distale eenderde deel de mediale aanhechting van de m. soleus een belangrijke rol. Er bestaat echter een geleidelijke overgang van de tenoperiostose naar het logesyndroom (type II en III).

Deze afwijkingen worden vaak gezien bij hardlopers en springers, vooral als er een lichte valgusvoet bestaat, die neigt tot (versterkte) pronatie. De herhaalde excentrische piekbelasting stelt dan te hoge eisen aan de m. tibialis posterior en het mediale gedeelte van de m. soleus, die bij de landing het mediale lengtegewelf in stand trachten te houden. Vervolgens wordt door die activiteit de voet in supinatie gehouden, waardoor bij de afzet de m. flexor digitorum wordt overbelast. Het lopen op een harde ondergrond kan mede een factor zijn, evenals het trainen op schoenen, die weinig steun geven, zoals wedstrijdschoenen.
Peritendinitis van de m. tibialis posterior (en de m. flexor hallucis longus) kan bij balletdansers het gevolg zijn van geforceerde exorotatie in de voet en ‘rolling’ met overbelasting van het mediale voetgewelf.

Diagnostische hulpmiddelen

Op een normale röntgenfoto worden meestal geen afwijkingen geconstateerd, hoewel enige periostreactie op den duur zichtbaar kan zijn. Als er een botscan wordt gemaakt, blijkt er activiteit te bestaan over de mediale tibiarand. Het verschil met een stress-fractuur is, dat bij shin splints de activiteit over een groter gebied is verspreid.

De juiste strategie

Om de juiste aanpak te kunnen kiezen is kennis van de functie van de diverse spiergroepen in het onderbeen onontbeerlijk.
De diverse spiergroepen in het onderbeen liggen in aparte loges en worden door een vrij stugge en strakke fascie omgeven. De m. gastrocnemius, de m. soleus (beide gelegen in de oppervlakkige achterste loge) neigen tot verkorting en hypertonie, hetgeen van invloed is op de functie van de daaronder gelegen spieren.
De m. flexor digitorum longus, de m. tibialis posterior en de m. flexor hallucis longus (gelegen in de diepe achterste loge) neigen tot krachtverlies en worden bij de afwikkeling van de voet relatief zwaar belast.
Dat geldt ook voor de m. tibialis anterior, de m. extensor hallucis longus en de m. extensor digitorum longus (gelegen in de voorste loge), die neigen tot verkorting en hypertonie.
Tenslotte worden nog de peroneusspieren apart onderscheiden (gelegen in de laterale loge), die neigen tot krachtverlies.

Valkuilen

Vermindering van klachten wordt vaak bereikt door vermindering van de belasting. Langdurige rust leidt echter ook tot vermindering van spierkracht. Hervatting van de training na een rustperiode zonder adequate krachttraining gaat zodoende vrijwel altijd met recidiverende klachten gepaard.
In een aantal gevallen zijn de klachten meer in de voorste of in de laterale loge gelokaliseerd. De klachten in de voorste loge berusten meestal op een voorste logesyndroom, waarvoor een fasciotomie noodzakelijk kan zijn. Het komt nogal eens voor, dat pas na adequate behandeling van een voorste loge de klachten in de achterste loge op de voorgrond treden. Als de conservatieve aanpak faalt, kan ook daarvoor een fasciotomie nodig zijn.

http://home.tiscali.nl/edhendrikssportarts/map%20sportmedisch/scheenbeen.html